door Ivo Mariën met de medewerking van Albert Schrever
Op 16september 2007 verschijnt de “Kroniek van Geraardsbergen: een vogelvlucht door het verleden” van de hand van Ivo Mariën die de medewerking kreeg van Albert Schrever. Zoals de titel laat uitschijnen wil dit werk de lezer verrassen met een nooit eerder
verschenen chronologisch overzicht van wat de Oudenbergstad meemaakte van het prille begin tot vandaag: de geschiedenis van Geraardsbergen in om en bij de duizend stappen, in goede en kwade
dagen…
Toen Mariën in 2000 met mijn gezin van Mechelen naar Geraardsbergen verhuisde raakte hij hier onmiddellijk gefascineerd door het verleden van de Oudenbergstad zoals dit wordt beschreven en geanalyseerd in het heemkundig en historisch tijdschrift “Gerardimontium”. De bewering van Henri Pirenne als
zouden we de geschiedenis van België eigenlijk mogen beschouwen als de microgeschiedenis van Europa meent Mariën ook concreet te mogen toepassen op Geraardsbergen: het verleden van de
Oudenbergstad is eigenlijk de microgeschiedenis van België en bijgevolg ook van Europa…
Toen de lectuur van “Gerardimontium” hem al behoorlijk wat materiaal voor de samenstelling van een kroniek had bezorgd ging Mariën zijn plannen en zijn eerste redactie voorleggen aan geboren en getogen Geraardsbergenaar Albert Schrever. Die juichte zijn project onmiddellijk toe en verklaarde zich ook bereid eraan mee te werken. Een intens opzoekingswerk en een goede samenwerking hebben geleid tot een resultaat dat mag worden gezien: een historische publicatie, meer bepaald een kroniek, zoals er nooit
eerder een werd gewijd aan de Oudenbergstad.
De kroniek (ruim 100 pag. A4 met een tiental illustraties en kleurenkaft) wordt gerealiseerd door drukkerij Van de Maele aan het Industrieterrein in Geraardsbergen en hij verschijnt op zondag 16 september 2007. Tot dan kan het werk door voor-intekening
worden besteld door storting van 12,50 euro op de rekening 001/5230589/37 van Kroniek van Geraardsbergen, p.a. Koppenhollestraat 69 in 9500 Geraardsbergen.
Op de dag van de voorstelling van het werk kunnen de voor-intekenaars hun exemplaar afhalen. Nadien kan dit werk tegen een kostprijs van 15,50 euro worden aangekocht in de Standaardboekhandel (Oudenaardsestraat), in de krantenzaak van Koen De Lobel (Lessensestraat), in de Press-Shop (Brugstraat) en in het Ideeënhuis aan de Vredestraat 20 in Geraardsbergen.Voor meer inlichtingen kunnen belangstellenden steeds terecht bij de auteur Ivo Mariën op het telefoonnummer 054/43.82.87 of email:
ivomarien@hotmail.com.
Albert Schrever
1068 Boudewijn VI koopt van Geraard, heer van Hunnegem, een vrijgoed gelegen aan de Dender en aan een heuvel. Daar sticht hij een burcht waarrond de stad zich ontwikkelt. Hij is ook graaf van Henegouwen en staat daar bekend als Boudewijn I of Boudewijn van Bergen.
1127, 11 april. Nadat hij eerder Oudenaarde en Ninove heeft
ingenomen maakt Boudewijn IV van Henegouwen zich ook meester van de Oudenbergstad maar bij gebrek aan steun moet hij uiteindelijk zijn ambities laten varen.
1191 Boudewijn V bezet met zijn leger onze stad en doet van hier uit invallen in o.m. Tubize en Edingen.
1202 Robinus en Simon zijn de eerste schepenen die in
Geraardsbergen bij naam bekend zijn. Voor die tijd lag de uitoefening van de rechtspraak bij koninklijke en kerkelijke instellingen.
1225 Bertrand van Rais, die zich valselijk uitgaf voor Boudewijn IX, heeft zich niet alleen in enkele omliggende steden maar waarschijnlijk ook in Geraardsbergen laten vereren en alle macht naar zich toegetrokken. Inmiddels is hij in Bourgondië aangehouden en zal hij in Rijsel worden opgehangen.
1277 Willem van Moerbeke wordt in Viterbo (Italië) tot aartsbisschop van Corinthe gewijd. Zijn perfecte kennis van Grieks
en Latijns maakt de geschriften van onder meer Aristoteles die hij vertaalde, beter toegankelijk voor middeleeuwse westerse filosofen. Hij sticht een kerk in Agia Triada, Griekenland.
1311 Dertien vrome leenmannen uit Vlaanderen verplichten zich onder eed voor het altaar van de Sint-Adriaanskerk tot het betalen van een jaarlijkse accijns. Ze nemen de naam op zich van de Heilige aan wie ze zich onderwerpen en worden vanaf nu Sint-Adriaansmannen genoemd.
1367, 14 maart. Lodewijk van Male geeft opdracht om de Dender dieper uit te graven om zodoende een halt te roepen aan de geregelde overstromingen in de binnenstad; een zelfde bevel in 1353 bleef zonder gevolg.
1381, 18 juli. Walter van Edingen, vergezeld van enkele edellieden,
wordt nabij Gent in een hinderlaag gelokt door Gentenaars en razende Geraardsbergenaars die zich willen wreken voor het enorme leed dat hun is aangedaan. Wetende dat het betalen van losgeld nu geen zin meer heeft, is hij met zijn mannen blijven doorvechten tot de laatste snik.
1393 De plaatsnaam “In de bockers”, later omgevormd tot Bokerstraat en Schuddevee, een andere nu verdwenen straatnaam,
wijzen erop dat de Oudenbergstad in de middeleeuwen een rosse buurt had, gesitueerd in de bovenstad in de onmiddellijke nabijheid van de St.-Adriaansabdij. Verspreid over de stad zijn er daarnaast ook verscheidene “stoven” geweest, publieke badhuizen die snel konden uitgroeien tot plaatsen van ontucht.
1425 Het aantal zwerfhonden neemt alsmaar toe, in die mate dat men van een ware hondenplaag kan spreken. ’s Nachts kan men door hun geblaf en gehuil nog maar nauwelijks de torenklok horen. Om de stad hiervan te verlossen roept de magistraat de hulp in van een paar hondenslagers (nu een uitgestorven beroep). Om zich te legitimeren dragen de slagers een herkenningsteken namelijk een schildje met het wapen van de stad. Pieter de Brune slaat er 40 dood. De beestjes worden van hun vacht ontdaan en de krengen in een put buiten de stad begraven. De volgende vier jaren zullen nog eens 250 honden worden afgemaakt.
1451, 7 november. Na de aanhouding in Gent van een beschermeling van Filips de Goede, vreest Geraardsbergen een confrontatie tussen de hertogelijke troepen en Gent, de machtigste stad van Vlaanderen. Gillis Papal en Jan Sneevoet rijden naar Bergen om met de hertog te bemiddelen maar deze wil van geen toegeven weten.
1491, mei. Duitse soldaten verblijven gedurende negen manden in de stad en gaan bijzonder brutaal te keer; de discipline is ver te zoeken. Toch willen de schepenen in geen geval op de Gentenaars een beroep doen.
1530 Een vreemde pestepidemie uit Engeland overgewaaid zet een demper op alle feestvreugde; de zweetziekte is bijzonder besmettelijk en veroorzaakt koorts, stinkend zweet, hoofdpijn, verwarring, coma en tenslotte de dood; ze verdwijnt al even spoedig als ze gekomen is.
1545 Joost van Roeulx, een buitenstaander, wordt als ketter veroordeeld en zal dat allicht met de dood bekopen. Deze maatregel is eerder uitzonderlijk en ook in de toekomst zullen in Geraardsbergen zelden mensen omwille van afvalligheid aan het katholieke geloof worden berecht.
1572 Moorden ten gevolge van alcoholmisbruik. De baljuw maakt een uitvoerige beschrijving over de steekpartijen en geeft zelfs aan tussen welke ribben het mes de lichamen heeft doorboord en welke vitale delen zijn geraakt.
1609, 17 september. Een zware orkaan verwoest een groot gedeelte van de Bartholomeuskerk; het dak en de voorgevel storten in en enkele werklieden worden dood vanonder het puin gehaald.
1616, 20 september. De stad neemt hardere acties tegen vreemdelingen (hiermee bedoeld zijn diegenen die niet wettelijk
in de stad verblijven). Zij die geen tien jaar in de stad of
omgeving wonen krijgen drie dagen de tijd om met vrouw en
kinderen de stad te verlaten. Zij die weigeren te vertrekken
riskeren gerechtelijk vervolgd te worden. Zij die hier meer dan
tien jaar wonen moeten een bewijs van goed gedrag en zeden
voorleggen. Inwoners mogen geen logies meer aanbieden
aan vreemdelingen.
1633 Een andere Spaanse legereenheid, onder leiding van
Markies de Cujada, wordt ingekwartierd in Geraardsbergen.
Op zes mei worden twee Spaanse soldaten zwaar toegetakeld
door boze inwoners die hen ervan beschuldigden een koe te hebben gestolen. Dit voorval zal de spanning nog doen toenemen. In Geraardsbergen, Zarlardinge en op andere plaatsen zijn al verschillende vechtpartijen gemeld tussen burgers en soldaten.
1658 Waarbeke en Nieuwenhove, tot dan eigendom van de baronnen van Boelare, gaan over in handen van de adellijke familie de Steenhault, hun heerschappij zal duren tot aan de Franse Revolutie.
1677 De staatsfinanciën zijn zodanig benard dat kruideniers en brouwers, de enigen die van de rondtrekkende legers nog beter worden, vrijwillige schenkingen doen aan de stadskas. Niemand is immers gebaat bij een totaal bankroet van de stad.
1704 Filips van Zee, lid van de Sint-Jorisgilde, schiet voor het derde opeenvolgend jaar de hoofdvogel waardoor hij de titel van “keizer” krijgt; daarmee wordt hij voor het leven vrijgesteld van alle belastingen.
1748, 13 november. Jan de Lichte wordt voor moord, tientallen
inbraken en diefstallen, op de Grote Markt van Aalst
geradbraakt. Een tiental andere leden van zijn bende ondergaan
eveneens doodsvonnissen. Bij het radbraken breekt men ze de armen, benen, billen en het bekken totdat de dood optreedt.
Lees de krant op blz 20 pdf13_02-99.pdf